Eggermont Van Eyndhoven Crommen Geelhand Barbaix

Historische versies van de standpunten nu ook online: een zeer goede zaak

| Nicolas Geelhand de Merxem

In een nieuwsbericht van 24 november 2022 gepubliceerd op haar website kondigt Vlabel aan dat voortaan niet alleen de meest recente versie van elk standpunt op de website zou gepubliceerd worden, maar ook, in voorkomend geval, alle voorgaande (“historische”) versies. Wanneer een standpunt in de loop der tijd meermaals is aangepast, is het dus voortaan mogelijk om al deze historische versies online te raadplegen. Aldus is het standpunt nr. 15133 inzake de verzekeringsgift vijf maal aangepast, zodat er in het totaal zes versies van bestaan. Al deze versies kunnen thans geraadpleegd worden. De maatregel wordt niet alleen toegepast voor de na 24 november 2022 door Vlabel ingenomen (versies van) standpunten, maar voor alle standpunten waarvoor verschillende versies bestaan.

Dit is zeer belangrijk.

Vooraf dient gesteld te worden dat standpunten niet langer moeten beschouwd worden als interne richtlijnen ten behoeve van de ambtenaren van de fiscale administratie over de interpretatie van bepalingen van de wet of het decreet (Vlaamse Codex Fiscaliteit – VCF), met het oog op een uniforme interpretatie en toepassing van deze bepalingen in gans Vlaanderen. Thans lijken standpunten (administratieve) normen die ten aanzien van alle belastingplichtigen en hun adviseurs bepalen wat belastbaar is en wat niet belastbaar is. Aldus bepaalde het standpunt nr. 15133 van 12 oktober 2015 inzake de verzekeringsgift (gepubliceerd op 27 oktober 2015) dat de uitkering op grond van een levensverzekeringsovereenkomst aan de begunstigde, wanneer alle rechten van deze overeenkomst eerder geschonken werden aan de begunstigde, alsnog geschiedt op grond van een derdenbeding in de zin van art. 2.7.1.0.6 VCF. Door dit nieuwe standpunt werden uitkeringen, die voorheen niet belastbaar waren in de successierechten, vanaf 1 maart 2016 belastbaar in de erfbelasting.

Dat zijn de feiten. Dat is ook de reden waarom adviseurs dagelijks (niet het Belgisch Staatsblad maar) de website van Vlabel raadplegen om na te gaan wat hic et nunc belastbaar is en om hun cliënten te kunnen adviseren. Dit is de werkelijkheid. Wie iets anders beweert, is niet van deze wereld.

Waarom is de publicatie van de historische versies van standpunten zo belangrijk?

Een eerste reden is dat het voortaan veel gemakkelijker is om uit te maken welke wijzigingen werden aangebracht, wanneer een nieuwe versie van een standpunt wordt gepubliceerd. Het volstaat de laatste twee versies met elkaar te vergelijken. Het volstaat een “compare” te doen van de twee teksten. In het verleden werd door Vlabel onderaan de laatste versie soms aangeduid wat de laatste wijziging inhield, maar dat biedt niet de (rechts)zekerheid die adviseurs nodig hebben. In het verleden moesten alle versies uitgeprint worden en bijgehouden worden om bij een nieuwe versie van het standpunt uit de kast te worden gehaald met het oog op een vergelijking. Deze omslachtige en niet-digitale werkwijze is thans niet meer nodig.

De tweede, en belangrijkste, reden houdt verband met de (rechts)zekerheid, één van de basiswaarden van het recht en een conditio sine qua non om cliënten correct te kunnen adviseren bij hun (successie)planning en hun fiscale rechtspositie. Volgens onze hoogste rechtscolleges betekent rechtszekerheid dat de belastingplichtige (en zijn adviseur), op het ogenblik dat hij op het punt staat een rechtshandeling te stellen, moet kunnen uitmaken of deze rechtshandeling al dan niet belastbaar is in de (registratie- of) erfbelasting. Het Hof van Cassatie heeft onlangs, in verband met de verzekeringsgift, gesteld dat een belastingplichtige die er, gelet op een duidelijke administratieve beslissing, rechtmatig op mocht vertrouwen dat de geregistreerde schenking van een levensverzekeringsovereenkomst aan de begunstigde, niet belastbaar is in de erfbelasting, moet beschermd worden. Dit impliceert dat men moet kunnen uitmaken welk standpunt van toepassing was op het ogenblik dat de rechtshandeling (de verzekeringsgift) werd gesteld. Wat de verzekeringsgift betreft, konden de belastingplichtigen er tot op 12 oktober 2015 (in werkelijkheid 27 oktober 2015 – zie infra) op vertrouwen dat er op grond van de federale beslissing van 2013 geen erfbelasting verschuldigd was na de totstandkoming van een verzekeringsgift. Dit geldt voor alle standpunten die betrekking hebben op rechtshandelingen die op zich belastbaar zijn in de erfbelasting (zij het onder de opschortende voorwaarde of termijn die vervuld wordt ingevolge het overlijden). Men denke daarbij niet alleen aan de rechtshandelingen geviseerd in de fictiebepalingen, maar ook aan standpunten in verband met de algemene of een specifieke anti-misbruikbepaling en aan standpunten inzake onweerlegbare vermoedens. In al die gevallen is het temporeel aanknopingspunt (m.i.) immers niet het overlijden, maar de dag waarop de rechtshandeling wordt gesteld.

Gelet op het feit dat deze rechtshandelingen zich (lang) vóór het overlijden kunnen voordoen, is het dus duidelijk van belang om de oude versies van het desbetreffende standpunt te kunnen raadplegen. Immers, tussen het stellen van de rechtshandeling en het overlijden kunnen er verschillende versies van een standpunt worden ingenomen.

Het is dan ook zeer terecht dat in het kwestieuze nieuwsbericht de volgende passage is opgenomen: “omdat het belangrijk is om te weten welke versie van een standpunt van toepassing was op de dag waarop een rechtshandeling werd gesteld, zijn vanaf nu ook de historische versies van een standpunt online te raadplegen”.

Maar ook indien het temporeel aanknopingspunt het overlijden is, is het belangrijk te weten welke versie van het standpunt van toepassing was op het ogenblik van het overlijden. Latere standpunten zijn immers niet van toepassing op die nalatenschap. Dus indien kort na het overlijden een strenger standpunt word ingenomen door Vlabel, is het belangrijk de vorige versie, die van toepassing was op de dag van het openvallen van de nalatenschap, te kunnen raadplegen.

Kortom, het publiceren van de historische versie(s) is een zeer goede zaak.

Enkele aanvullende beschouwingen.

Het voorgaande zou, om de voormelde redenen, moeten gelden voor alle “normen”. Niet in het minst zou dit ook moeten gelden voor de decretale normen. In de tekst van de VCF die gepubliceerd wordt op de website van Vlabel kan men bv. ook de historische versies van art. 2.7.1.0.6 VCF raadplegen. Dit is belangrijk indien men (m.i. terecht) aanneemt dat het temporeel aanknopingspunt voor decretale normen inzake fictiebepalingen het stellen van de rechtshandeling is, en niet het overlijden, tenzij de wetgever hiervan expliciet is afgeweken.

Dit zou uiteraard ook moeten gelden voor circulaires of omzendbrieven, maar die kan men makkelijk raadplegen op de website van Vlabel.

Voor toleranties (beslissingen die niet echt te rijmen vallen met de wet of decreet) zou dit ook moeten gelden. Ook hier moet men kunnen uitmaken of de belastingplichtige er bij het stellen van de rechtshandeling op mocht vertrouwen dat de voorgenomen rechtshandeling niet of minder belastbaar was. Vraag is wel of het vertrouwen in dit geval rechtmatig is, vermits per hypothese vast staat dat de tolerantie contra legem is. Maar waar dient een norm voor als men er niet op mag vertrouwen dat die door de administratie (bv. in een gerechtelijke procedure) zelf wordt nageleefd?

Voor voorafgaande beslissingen ligt dit op het eerste gezicht moeilijker. Deze beslissingen hebben in tegenstelling tot standpunten, circulaires en toleranties, geen algemene draagwijdte. Zij betreffen een concrete casus. Maar ook in dat geval zijn historische versies soms belangrijk, bv. wanneer in eenzelfde zaak twee of meer voorafgaande beslissingen zijn genomen. Dit gebeurt immers wel eens, zoals uit de gepubliceerde beslissingen blijkt. Maar bovendien rijst de vraag of het wel juist is dat voorafgaande beslissingen geen algemene draagwijdte hebben. M.i. hebben die beslissingen dat wel, bv. wanneer er geen standpunt over de kwestie bestaat of wanneer de beslissing het standpunt verfijnt. In elke voorafgaande beslissing worden immers eerst de algemene regels geformuleerd en vervolgens op de concrete casus toegepast. Het zou overigens nuttig zijn om onderaan de gepubliceerde beslissing melding te maken van alle eerdere voorafgaande beslissingen over dezelfde kwestie (bv. inbreng van een eigen onroerend goed in een huwelijksgemeenschap gevolgd door een schenking door de twee echtgenoten aan hun kind(eren)). Men zou die kunnen opzoeken aan de hand van de “zoekmachine” van de website, maar de ervaring leert dat deze niet feilloos is.

Een tweede beschouwing is dat niet de datum van het standpunt belangrijk is, maar vooral de datum waarop het standpunt op de website is gepubliceerd. Immers het criterium is welke versie door de belastingplichtige (en zijn adviseur) kenbaar was op de dag waarop de rechtshandeling werd gesteld. Wie op 11 december 2022 een rechtshandeling stelt, kan het standpunt met datum 17 november 2022 niet kennen, wanneer dit standpunt pas op 18 december 2022 wordt gepubliceerd. Uit de praktijk blijkt dat er soms geruime tijd verloopt tussen het nemen van de beslissing en het publiceren ervan.

Tevens dient rekening gehouden te worden met het feit dat publicaties op de website van Vlabel ’s avonds gebeuren. Het verdient dan aanbeveling de kenbaarheid van nieuwe (versies van) standpunten te verschuiven naar de dag na de publicatie. Immers, bij een rechtshandeling die op 12 december 2022 in de ochtend wordt gesteld, kan geen rekening worden gehouden met een (versie van een) standpunt dat op diezelfde dag na de kantooruren wordt gepubliceerd.

Positief is dan ook dat (thans, aanvankelijk was dit niet zo) gepubliceerde standpunten steeds vermelden wanneer ze genomen zijn en wanneer ze gepubliceerd werden. Dit geldt overigens voor alle versies, de recente en de historische.

Het besluit is dat (de inhoud van) dit nieuwsbericht van Vlabel ten zeerste moet worden toegejuicht . Als het goed is, moet dit ook worden gezegd.

Nicolas Geelhand de Merxem